100 woorden per dag: Naar Scandinavisch model

Alles wat uit Scandinavië komt is goed.

Onderwijsvernieuwers kijken al jaren likkebaardend naar de het Finse onderwijs. Geen toetsen tot je 18^e en veel heterogene klassen. Leeftijden en niveaus door elkaar. Hoera!!!! Geweldig!!!

Er wordt niet bij verteld dat dit soms gewoon pure noodzaak is. Dunbevolkt land. Om scholen open te houden, moeten er soms keuzes worden gemaakt. Allemaal bij elkaar in één klas dus.

Er wordt ook niet verteld dat er Finse studenten zijn die een tussenjaar doen na de middelbare school. Een tussenjaar in Finland is dan echter een jaarlang voorbereiden op het toelatingsexamen van de universiteit.

Het is sowieso niet goed om schoolsystemen uit een ander land te kopiëren. Te veel verschillen tussen de landen.

Er zijn al verschillen tussen regio’s in Nederland. De randstad en de zogenaamde provincies. Niet te vergelijken qua schoolbevolking, taalachterstanden, etniciteit en toch ook gemiddelde niveau.

Elk jaar blijkt weer dat we hier in Zeeland gemiddeld beter scoren op de CSE’s dan in de Randstad.

Maar dat mag ik nooit zeggen van vrienden en kennissen die in de Randstad wonen.

Tja, cijfers liegen niet. Misschien willen ze daarom niet meer toetsen, zoals in Finland.

100 woorden per dag: Conflict (2)

 

Gisteren ging het over conflicten.

Terug naar het VO. Ik merk regelmatig dat alles onderhandelbaar moet zijn.
Vragen als; waarom doet u zo tegen mij? En antwoorden die beginnen met
Ja, maar,…. zijn tegenwoordig dagelijkse kost. Of; u vindt mij niet aardig!!!!

Vervolgens mailende en bellende ouders omdat de tere kinderzieltjes zijn beschadigd. Een dwingend en directieve docent heeft dan snel:

EEN CONFLICT.

We gaan conflicten niet uit de weg. Dat zeker niet. Maar het moet wel een conflict zijn tussen leerling en docent. Want die leerling moet leren van dat conflict.

Het zou fijn zijn als de leerling al wat conflicten achter de rug zou hebben in de thuissituatie.
Dan hoeven we op het VO niet de brenger van het slechte nieuws te zijn.
Dat het leven soms verplichtingen met zich meebrengt, dat er soms conflicten zijn en dat er eisen worden gesteld.

Ouders moeten de eerste conflicten hebben met hun kroost. Daar ligt de basis. Niet op het Voortgezet Onderwijs. Op het VO zetten we voort.

100 woorden per dag: Conflict

Conflict

In het VO moet je af en toe conflicten hebben. Leerlingen en docenten hoeven het niet altijd eens te zijn. Voor docenten soms vervelend. Voor leerlingen noodzakelijk.

In de Engelse literatuur hebben ze een mooie term. Een coming-of-age roman. Jonge mensen die transformeren van kind naar jongere en/of van jongere naar volwassene. En daar horen conflicten bij.
Daar word je een grote jongen/meid van!!

De meeste conflicten zijn er tussen ouders en kinderen. Logisch. Ouders zijn het meest betrokken hun opgroeiende kroost. Het kroost leert van conflicten met ouders.

Het is een taak van de ouders. Zij moeten die eerste conflicten aangaan.

Doen ouders dat, dan zullen ze versteld staan als ze over hun nageslacht te horen krijgen wat een beleefde jongen/beleefd meisje het is.

Onbegrijpelijk, als je ze thuis meemaakt.

Wordt vervolgd

 

100 woorden per dag: Taal

 

Als je elkaar niet verstaat en je moet belangrijke dingen met elkaar bespreken is dat lastig. En dan bedoel ik elkaar echt niet verstaan.

Vandaag ving ik een gesprek op in de docentenkamer van twee collega’s. De ouders van een leerling van Noord-Afrikaanse afkomst worden uitgenodigd op school. Het wordt een serieus gesprek.

Moeder moet meekomen naar school. Gaandeweg het gesprek komen mijn collega’s er achter dat moeder geen Nederlands spreekt, hoewel ze hier al wel meer dan 15 jaar woont. De leerling in kwestie is in Nederland geboren.

Eigenlijk ongelofelijk. Dat is in de VS of het VK onmogelijk. Je kan in die maatschappijen niet meedoen als je de taal niet spreekt. Je moet Engels kunnen.

Ik ben er ook van overtuigd. Als je elkaar verstaat, heb je verbinding. En bij verbinding zijn verschillen in geloof, afkomst en overtuiging bespreekbaar.

Taal verbindt

100 woorden per dag: Het zweet op de juiste rug (2)

 

Zomaar een selectie uit een werkweek.

5 leerlingen organiseren een activiteit voor ouderen in een wijkgebouw. De activiteit loopt tot 45 minuten na hun originele lestijd.

Leerling: Ik kan niet langer blijven bij deze activiteit.
Ik: Want?
Leerling: Ik moet werken om 15u
Ik: Tja, ik heb de tijd niet afgesproken. Dat hebben jullie zelf gedaan
Leerling: Ik heb dit ook niet bedacht. Jopie en Willem hebben het afgesproken. Ik ga gewoon weg.

Vervolgens hangt hij een tijdje op zijn nekwervels in de hoek van het zaaltje, voordat hij halverwege weggaat. Fijne samenwerking in de groep.

Leerling: Weet u wat ‘tweedehands’ is?
Ik: Jazeker.
Leerling: Wat dan?
Ik: Niet-nieuw. Je neemt het over van een ander.
Leerling: Nee in het Engels.
Ik: Dat kun je opzoeken in je woordenlijst.
Leerling: Daar ga ik niet aan beginnen, hoor. Daar heb ik geen zin in

Ik: Wanneer lever je je presentatie ?
Leerling: Mijn moeder heeft avonddienst. Dus die kan er nu niet aan werken.

Ik ben niet eens verbaasd. Dat is eigenlijk nog het ergste.